Vooral je eigen pad kiezen, nieuwe wegen in durven slaan en datgene waar een ander beter in is, bij de ander laten. Dat levensmotto bracht Katja Pahnke ver in de wereld van high tech, robotica, additive manufacturing en automotive. Sinds juni 2022 is ze een waardevolle aanvulling voor het bestuur van de Duits-Nederlandse Handelskamer.
U heeft veel ervaring in de technologische sector en in HR. Ziet u uitdagingen in het aantrekken en houden van personeel?
Met het aantrekken van nieuwe mensen heeft Brainport nog geen probleem. Veel studenten van Fontys en de TU Eindhoven werken er naast hun studie en blijven er vervolgens werken – de gemiddelde leeftijd is 28 jaar. Maar mensen binden en blijven boeien vraagt meer. Daarom is leiderschaps- en talentontwikkeling ook zo belangrijk, ook om aantrekkelijk te zijn en blijven voor senior-profielen. Het fijne aan de Brainportregio is dat je hier de hele keten hebt, van ontwikkeling naar industrialisatie tot het maken van complexe producten. En er is een nauwe samenwerking tussen het bedrijfsleven, de onderwijs- en onderzoeksinstellingen en overheid, de triple helix zoals wij dat noemen. Dat levert een enorm vruchtbaar innovatieklimaat op. Daarnaast is de kleinschaligheid heel prettig, zo kom je vrij makkelijk bij andere bestuurders aan tafel. Bovendien hebben we hier de Brabantse “ons-kent-ons-cultuur”, maar dan met veel kenniswerkers – en de meeste patenten per inwoner. Dat maakt de Brainport-regio uniek en tot een aantrekkelijke plek voor talent.
Daarnaast zitten jullie vlakbij Duitsland. Hoe is de samenwerking vanuit Brainport?
Er gebeurt veel, maar er kan natuurlijk altijd meer. Dat is een van de redenen dat ik nu in het bestuur van de DNHK zit – een enorm waardevol netwerk. Ik geloof in het bundelen van krachten om vervolgens samen verder te komen. Duitsland en Nederland hebben zeer intensieve handelsrelaties, de culturen matchen goed. De focus op langdurige verbintenissen van Duitse bedrijven en het ondernemerschap van Nederlanders leidt tot krachtige en succesvolle relaties.
Wat is het succes achter een goede samenwerking?
Het DNA tussen de partners moet kloppen. Dat is de basis voor een nauwe, vertrouwensvolle samenwerking. Het gaat vaak niet alleen om de beste technische oplossingen, maar om de beste klik en de match tussen beide culturen. In mijn HR-fucnties keek ik bijvoorbeeld niet zozeer naar een functieomschrijving, maar naar een persoon die optimaal tot zijn/haar recht komt binnen het team en ‘licht geeft’. De kracht daarbij is dat je nieuwsgierig bent, samen leert en je verder ontwikkelt. Zo groei je zelf, als team en als bedrijf en kun je verder opschalen.
Kunt u een best practice geven van Duits-Nederlandse samenwerking op innovatief vlak?
Ja, uit een vorige functie als CEO van een joint venture tussen het Duitse TÜV Rheinland en het Nederlandse TNO op gebied van passive safety testing in de automotive. TNO bracht veel innovatiekracht in, slimme mensen en een indrukwekkende trackrecord op gebied van innovatie. Daarnaast werken ze ‘op z’n Nederlands’ flexibel en wendbaar – met kennis van zaken beginnen maar gaandeweg bijstellen als er een koerswijziging moet komen. TÜV Rheinland heeft daarentegen een sterke businessoriëentatie, een enorm klantportfolio en uitgebreide certificeringservaring. Door beide partijen te combineren, krijg je geweldige en succesvolle samenwerkingen. Ze vulden elkaar aan en konden daardoor een interessanter portfolio bouwen. Nu is het bedrijf onderdeel van Siemens. Dit toont aan: Samen kunnen we veel meer bereiken en staan we sterk opgesteld. Duitsland en Nederland hebben bovendien alle ingrediënten in huis om de hele industriële keten af te dekken.
Is dat de reden om de stap naar het DNHK-bestuur te zetten?
Wat me vooral aantrok, is om in het DNHK-bestuur de Brainport regio te vertegenwoordigen. In dit bestuur zit een goede mix aan bestuurders uit de Randstad, Brainport en andere Nederlandse regio’s, maar ook van toonaangevende Duitse bedrijven. En ik vind het ook belangrijk om iets terug te geven aan de maatschappij. Met mijn Duitse wortels en ervaring zie ik mij bij de Duits-Nederlandse Handelskamer op de juiste plek om de verbinding tussen Duitsland en Nederland nog sterker te maken en als boegbeeld te fungeren. Daarnaast ben ik een netwerker en zie ik dit bestuur ook als een enorme verrijking van mijn netwerkniveau. Ik breng iets en haal iets.
Een Duitse vrouw in hoge functies in de industriële sector is geen vanzelfsprekendheid. Ziet u uzelf als rolmodel?
Ik heb mijn rol als rolmodel lange tijd onderschat en merk dat anderen mij wel zo zien. Vrijheid in het maken van keuzes was voor mij altijd al ontzettend belangrijk. Dat vergt moed. Volg je passie en zorg dat je zelf je koers bepaalt, vooral mijn moeder en grootmoeder hebben mij daartoe geïnspireerd. Ik begeef me regelmatig buiten mijn comfortzone en ga het onbekende graag tegemoet – ik ben de enige die erachter kan komen of ik iets kan, maar ben wel enorm gedreven het te leren en te doen. Ik denk dat ik mede daardoor nooit een glazen plafond heb ervaren.
In 2022 bent u door Frits Magazine verkozen tot meest invloedrijke vrouw in de regio. Wat betekent dat voor u?
Dat was een grote verrassing en kwam toen ik net bij Prodrive startte. Ontzettend leuk en iets om trots op te zijn – hoewel ik nu iets minder onder de radar kan fungeren. Ik zie het als erkenning en een kroon op mijn werk.